dinsdag 21 april 2015

21 april 2015 Tochtje Eefde - Doetinchem en terug.

Het was van tevoren niet bekend, maar achteraf heb ik 94 km afgelegd. Een tocht via knooppunten naar de noordgrens van Doetinchem, bij Kruisberg en dan terug.
Ik reed van de camping bij Eefde naar Almen, Vorden, Hengelo, Hummelo, Doetinchem en dan naar Zelhem , Varssel, dichtbij Barchem, weer naar Almen en langs het Twentekanaal naar de caravan.

De knooppunten: 41,42,45,44,81,86,89,93,94,92,96,97,53,31,27,21,34,33,37,03,02,01,72,67,64,65,59,60,53,52,
51,50,82,46, maar waar op de kruising met de  Lage Lochemseweg de route naar rechts gaat, ben ik rechtdoor gereden naar Almen, dat is 45 en dan 42 en 41 en de kring is weer rond.

De tocht kenmerkt zich daar veel verschillend kleinschalig boerenland met bossen en struweel. Het is af en toe glooiend. Een heerlijke rit me mooi voorjaarsweer.

maandag 13 april 2015

8 april 2015 Sittard - Epen
via Berg aan de Maas, Elsloo, Vaeshartelt,Rothem,Bemelen,Gulpen.

knooppunten: vanaf het station naar 29,27,41,43,45, in Elsloo naar beneden en langs de dijk, naar 16,15,14,13,09,07,06,5,67,68,69,85,86,90, richting 92, aan het eind van de Bommerigerweg links naar Epen. 92 is naar links.
Einde weg rechts omhoog en bij B&B hotel In 't'groene dal ben ik op de plaats van bestemming.


Woensdagmorgen. Het  weerbericht is net weer veranderd. De kans is groot, dat vandaag de zon pas heel laat tevoorschijn komt. Maar mijn reis is afgesproken en de volgende dagen is het mooi weer. Dus ga ik naar het station om de reis weer aan te vangen, zoals ik dat al veel vaker heb gedaan. Eerst naar Utrecht, dan naar Sittard en dan begint de tocht met de fiets.
In Utrecht is er niet veel overstaptijd, dus ik ga maar snel ik de trein in, die klaar staat met bestemming Heerlen, terwijl op dit treindeel Eindhoven staat. Hopelijk een vergissing. Maar nee. Het blijkt geen foutje. De achterste twee  treindelen blijven in Eindhoven. Dus moet ik daar de trein uit en een eindje verderop er weer in. Zo kom ik toch in Sittard. Ook hier is het nog zwaar bewolkt en nevelig. Van zon is nog niets te bekennen. Met als gevolg dat  het er ook nog koud is.
Bij de AH to Go koop ik een kop koffie en een speltcroissant. Even iets verwennens alvorens op stap te gaan.
Eigenlijk wil ik meteen de knooppunten gaan fietsen. Ik kan ze alleen niet vinden. Dus rijd ik op de kaart in de richting van kp 29. Wel kom ik punten met nummers tegen, die een sportroute aangeven. Ik ga ze niet volgen, maar waarschijnlijk klopt het wel. Ik volg de grote weg met flink wat verkeer langs industrie en autozaken richting Urmond en Berg aan de Maas. Opeens staat er een bord van kp 29. Dat is handig. Zonder zoeken ben ik op de route gekomen. Gewoon steeds rechtdoor rijden in ik kom in Berg aan de Maas bij kp 27. Zo'n dorp is net als bij ons: allemaal ongeveer nieuwbouw van 30 jaar geleden.
Vanaf hier ga ik de Lf 3 volgen. Dat is de Maasroute, hij loopt gelijk met de knooppunten. Lekker gemakkelijk voor de aanleggers van de knooppuntenroute.
In vroeger tijden heb ik de Lf 3 ook wel gefietst, maar dan aan de andere kant van de Maas. Nu rijd ik aan de oostkant van de Maas, langs het Julianakanaal.Bij Veldschuur of Meers (dat kan ik niet duidelijk bepalen) vind ik een bankje aan de Maas.
Een mooi plekje voor de lunch. Achter me is een wei met pony's en paarden. Die krijgen ondertussen bezoek van de eigenaren. Ook komen er wandelaars voorbij. Ze wensen me smakelijk eten. Aan de overkant zie ik een brug en een weg met veel verkeer.
Als ik verzadigd en verkwikt ben,
stap ik weer op. Een eindje verder is de weg afgezet met hekken en linten. Je kunt er ook als fietser echt niet langs. En er is geen aanduiding voor een vervangende route. Een wielrenner meldt me dat ik aan de andere kant van het Julianakanaal verder kan naar Elsloo. 
Dat is wel handig. Zo kom ik, waar ik niet had gedacht te komen, maar wel graag wilde. Want daar rijd je eerst omhoog en dan met een u-bocht weer naar beneden.
Het volgende voordeel is, dat ik ook langs het kasteel kom. Dat kun je niet bekijken, maar het zien is ook wel leuk. En daarna is er links een merkwaardig nat landschap. De weg volgend met behoorlijk wat verkeer vind ik een zijweg, waar weer een knooppunt te volgen is. Dus rechtsaf en naar kp 16. Ondertussen is de zon tevoorschijn gekomen. Het is nog niet van harte, maar het begin is er. En meteen wordt het ook wat warmer.
Tussen kp13 en 14 kom ik langs een bord:
Wat zou dat zijn? Laat ik er eens gaan kijken. Misschien is het een uitstapje waard. Eerst maak ik een kiekje van het huis. Een eind verder is de inrit en je mag als fietser op de verharde wegen rijden. Nou, dat is een goed idee. Ik ga erin. Het is een hotel met restaurant en een boerderij en nog andere gebouwen. Er staan veel auto's. Het is dus druk in gebruik. De tuinen erom heen kun je bewandelen. Dat ga ik met de fiets in de hand natuurlijk niet doen. Want ik moet nog verder. Het is wel een aanrader om in de toekomst eens goed te bekijken en er wel de tijd voor nemen. Ik stap weer op en ga er vandoor.
En dan is er een verrassing. Bij Rothem kom ik op bekend terrein. Als ik van Maastricht naar Valkenburg ga, kom ik ook op dit punt. Nu ga ik dus iets doen, wat meestal in de andere richting gaat.
Ondertussen is de zon er goed bij gekomen en kan er met blote benen en armen worden gefietst. De beenstukken en armstukken gaan eraf en de mouwen uit mijn jasje. Ook de helm hang ik aan het stuur. Hier is het allemaal nog vlak. In de verte nader ik de heuvels. Eigenlijk is dat wel mooi. Langzamerhand kom ik in het heuvelland. Eerst kijk ik er tegenaan en bij kp 06 ga ik links af met de wetenschap, dat het echte fietsen nu op komst is. Want naar Bemelen is het echt omhoog rijden. In Bemelen gaat de route naar rechts, maar St. Antoniusbank. Ik ga rechtdoor met het idee: zo ontloop ( ontfiets) ik een lastige klim. Maar dat is helemaal niet zo. Ook nu moet ik ophoog. Het is niet anders. Zo kom ik ook bij Gasthuis. Ik volg nu de Lf6.
Waar de route de weg verlaat en als fietspad verder gaat, staat een wegkruis, een grote boom en een bankje. Dat is een goede plek voor een rustpauze. Ik haal mijn eerste kop koffie tevoorschijn. En er is ook koek bij. Ja, ik neem van alles mee. Zo ben ik mijn eigen restaurant.
Terwijl ik hier zit, valt me op dat de lucht helemaal blauw is geworden en dat de kale akkers wel erg blinken in de zonneschijn. Een foto dus. Ik was al weer opgestapt. Mijn fiets kun je zien.
Ik trap verder en beland uiteindelijk in Gulpen. Dat is de plek om avondeten te kopen. In de Plus koop ik voor de avond en de volgende dag. Warm eten voor nu en fruit voor de volgende dag. Dan nog een plek om mijn eten warm te maken. Die heb ik wel bedacht, nu nog kijken of ik er echt kan zitten met mijn meegebrachte klapstoel. 
Van Gulpen naar Mechelen via een eerst verharde en dan onverharde weg. Waar de verharding stopt, is een pad naar de Geul. Die ga ik in en bij de rivier kan ik rustig zitten. Tenminste. Vlak na mij komen er twee pubers aan, die hun fietsen er neergooien en verder rennen. Even later komen ze terug en beginnen een beetje onbenullig met stokken tegen elkaar te slaan, alsof het zwaarden zijn. De jongen doet het wat fanatiek, het meisje lijkt er geen zin in te hebben. Omdat ik hier op deze manier geen eten kan koken, vraag ik of zie hier blijven spelen. Dan zoek ik wel een andere plek. Ze kijken elkaar eens aan, zeggen niets, pakken hun fietsen en vertrekken. Naar mijn idee waren ze een beetje aan het uitvinden wat die vreemde man daar ging doen. 
Voor mij is het een gelukje. Zij weg en ik kan aan het koken en eten. Zo gaat alles volgens plan.
Na het toetje ontdek ik, dat ik mijn glaasje wijn ben vergeten. Dan is die voor de volgende keer.
Alles weer ingepakt en op weg naar het hotel in Epen. Ook dan blijf ik de knooppunten volgen.
Met een vaart de Bommerigerweg naar beneden en dan lekker snel naar het dorp. Het eind is dan weer een stevige klim. En net voor het einde van de klim, voor de bakkerswinkel is aan de andere kant van de weg mijn bestemming en onderkomen voor de komende dagen. Ik ben er. Bijna als thuis. Zo vaak ben ik er al geweest.

9 april 2015 Rondje Epen -Aken - La Chapelle- Plombière - Sippenaken -Epen.

De dag begint met een ontbijt in de eetkamer van het hotel. Er zijn behoorlijk veel gasten en dus is het er gezellig vol. Veel beter, dan de vorige keer, toen ik de enige gast was. Dat heeft ook wel iets, maar met meerderen is het toch wel leuker.
Na me lekker vol te hebben gegeten, en dat is nodig als je een hele dag wilt fietsen in dit heuvelland, ga ik me op mijn kamer klaar maken voor deze dag. Ik heb me net aangekleed, maar die kleren gaan meteen weer uit. Nu moeten de fietskleren aan. Omdat het vandaag een lekker warme dag gaat worden, wordt het een 'laagjes kleren' verhaal. Er moet steeds iets uit kunnen en soms iets anders ervoor in de plaats. Want bij het begin is het nog niet zo warm.  Alles klaar, dan de tassen naar beneden gebracht en op de fiets geladen. Eigenlijk heb ik nog niet precies bepaald, waar ik heen ga. Alleen het begin is vastgesteld. Ik wil deze dag de tocht opnemen met My Tracks. Daarvoor heb ik mijn telefoon ingesteld en aan de naafdynamo verbonden. Dan loopt de stroom er niet alleen uit, maar er ook weer in.
Maar eerst ga ik naar de Spar om fruit, salade en nog wat. Weer buiten zie ik een paal, die ik vast kan houden om nog eens mijn zithouding te controleren. De vraag is steeds of mijn zadel wel de goede hoogte heeft. Want van de fietstocht van gisteren heb ik stevig spierpijn gekregen. Na deze controle ben ik helemaal tevreden. De maat klopt precies. Dus trappen maar. Al doende zal de spierpijn wel verdwijnen. En dat is ook zo.
Ik ga van Epen  langs de hoofdweg richting Mechelen. Bij de Hurpescherweg ga ik rechts over de Geul. Het is hier alweer omhoog trappen om op de Bommerigerweg te komen. Aan het eind bij hotel De Hamer ga ik links. Hier staat een zeer goed onderhouden Mariabeeld langs de weg. Het ding is zo wit en zo mooi blauw, dat het elke keer, als ik er langs kom, mijn aandacht vraagt.
Vanaf de Bommerigerweg volg ik de LF6 naar Vijlen. Vandaar gaat het naar kp 93. Dat is in Holset. Hier is een mooi oud kerkje. De deur staat open en je kunt er even binnen kijken. Van kp 93 ga ik richting Vaals. Het volgende kp is 95. De rit gaat door Vaals, maar niet langs de hoofdweg. Net er achter. Met allerlei bochten kom ik uiteindelijk op een weg die stopt door de aanwezigheid van betonnen paaltjes. Wat raar. Wie barricadeert een weg op deze manier, denk ik. Dan zie ik rechts een merkwaardig klein gebouwtje met opschriften aan de muur. Het is een grenscontrolehuisje van vroeger.
 
Nu is het het hoogstgelegen en kleinste museum van Nederland. Als ik de betonnen wegversperring ben gepasseerd, zie ik dat ik nu in Aken - Duitsland ben. De auto's hebben andere nummerborden en de straatnamen zijn in het Duits. De knooppunten bordjes staan hier wel en ik rijd maar gewoon verder. Na een paar bochten kom ik op de weg Vaals - Aken. Juist op het punt waar Nederland overgaat in Duitsland. Ik steek de weg over en ben weer in Nederland. Daar gaat de route verder precies op de grens. Even later ben ik weer in het buitenland. Het is hier een leuk heen en weer slingeren over de grens.
Uiteindelijk rijd ik een tijdje door Duitsland. De weg is hier prachtig glad. Het rijdt prima. Dan zie ik een geel plaatsnaambord met de Nederlandse plaatsnaam Lemiers. Aan de Duitse kant heet de plaats net zo.
Hier gaat de route naar 93 weer Nederland in. ( 95 en 94 zijn al geweest in Vaals).
Dat betekent naar links. Hier is een smal pad langs een snel stromend beekje. Aan  het eind van het pad aan de Nederlandse kant staan dranghekken, waar je met de fiets met tassen maar net tussendoor kunt. Links is een parkje met een bank en een picknicktafel. Ik ga daar even pauzeren. Dat houdt in, dat ik achter de heg het parkje in moet en daardoor weer in Duitsland ben. Hier loopt de grens grillig en de bewoners trekken zich er niets van aan. Ik zit dus in het buitenland koffie te drinken en een koek en mijn rauwkostsalade te eten. Als het op is,stap ik weer op en rijd in Nederland weer verder door het Nederlandse Lemiers. Hier steek ik bij de grote rode kerk van Lemiers de weg Maastricht - Vaals over en kom uit eindelijk weer bij het kerkje van Holset. Nu ga ik richting Wolfshaag en Gemmenich met kp 91. Als ik in de voorstraat van Gemmenich kom, gaat de route rechts omhoog. helemaal boven heb je een mooi uitzicht over het stadje en er is een bankje, die net vrij wordt. Een andere fietser neemt net zijn fiets en vertrekt. Dat is ook de bedoeling, want ik wil daar gaan zitten lunchen. In de zon met een prachtig uitzicht zit ik te genieten en mijn maag te vullen. Er komen nog meer fietsers en wandelaars langs. Ze gaan, jammer voor hen, mijn lunchplekbank voorbij.
Na het eten is het de vraag waar ik nu heen zal gaan. Thuis had ik al bedacht naar het Drielandenpunt te gaan. Maar een route met knooppunten gaat er niet heen. Dus ga ik het zelf maar uitvinden.
Eigenlijk is het heel eenvoudig. Eerst verder naar 91 en dan naar 05. Dat blijkt een lelijke steile en lange klim te zijn. Van de andere kant stuiven vele fietsers naar beneden. En ik ga met een slakkengang omhoog. Bijna boven zijn er nog enkele haarspeldbochten. Maar de heb je ook iets bereikt.
Ik ben op het hoogste plekje van Nederland. Hier rijd ik even wat heen en weer. Om vervolgens weer Duitsland in te duiken. Door het bos naar kp 05. Dat is een onverharde weg de bossen in. Dit gaat niet erg snel, de weg is vol hobbels. Op een kruising is weer een kruis, een bank en een bord met uitleg over de knooppunten. Hier ga ik naar rechts, naar La Chapelle. Het is een afdaling over een ruw pad. In tegengestelde richting is het een stevige klim. Onderweg zie ik een boswerker met een paard. Ze zijn bezig een stel dunne boomstammen vanuit het bos naar de rand van de weg te slepen. Even later komt er een tractor met laadbak om de stammen verder te vervoeren. Ondertussen hobbel ik verder de helling af. Dan is er een niet verwachte kruising. Moet ik nu rechtdoor of rechtsaf? Een man vraagt: Wo wollen Sie hin? Ik antwoord: La Chapelle. Hij zegt: toujours droite. Dat klinkt wel leuk Frans, maar je kunt het ook uitleggen als: steeds maar rechtsaf. Hij bedoelt altijd rechtdoor. En dat doe ik maar.
Zo kom ik na een spoorbrug, waar net een lange goederentrein over dendert, weer in de bewoonde wereld.
Ik volg de bordjes naar kp 4. Dan herken in de weg. Ik kom in Moresnet en  en dan gaat het naar kp 3 en 1,richting Plombière.Steeds maar verder en dan is er Sippenaken. Hier ga ik de Kuttingerweg op en kom weer terug bij het hotel. Later ga ik naar de Chinees in Mechelen voor het avondeten. Zo komt er een eind aan een mooi-weer-fietsdag. Morgen gaan we opnieuw van start met de verrassingen van morgen.

10 april 2015   Een tochtje naar Val Dieu.

De dag begint zoals de vorige: met ontbijt en me klaar maken voor de dag.
Vandaag heb ik een idee aangereikt gekregen. Ik ga ergens bij Aubel een heel hoog punt zoeken met een zeer weids uitzicht. Daarna ga ik naar Val Dieu en dan weer terug. Vandaag neem ik de tocht op met de telefoon. Gisteren is het mislukt doordat het uitknopje was aangeraakt. Nu zal ik beter oppassen. 
De start is naar het dorp en dan links richting Eperheide. Dat is een pittige klim. Eindelijk ben ik boven. Ergens in een bocht naar rechts ga ik links richting Teuven. Hier fiets ik vlak en boven op een heuvelrand. Maar niet voor lang. Want een eind verder daalt het met een vaart en veel slingers naar het dorp Teuven.. Dan even zoeken. Ik moet rechts en een eind verder ben ik al in Nurop. Ik fiets geen knooppunten maar zoek de weg op de kaart. Dat gaat best.  Als ik op een kruising kom in Teuven ga ik richting Remersdaal. Dan bedenk ik me dat het verkeerd is. Maar ik ga toch maar verder. Dan zoek ik wel een andere route. Het landschap is hier vlak. Het rijdt makkelijk door. Maar toch gaat het wel weer omhoog, want bij Col de Hagestein moet ik de N608 oversteken. Dan gaat het richting Aubel, Nu zijn de hellingen terug. Bij Neer-Aubel ga ik rechts, de N649 op .Het klinken allemaal grote wegen, maar het verkeer valt reuze mee. En de vergezichten zijn prachtig. Dit is de weg naar Val Dieu maar zover ga ik nog niet. Eerst bij st Jean Sart naar rechts. Dit is een flinke klim. Het dorpje ligt hoog en daarna gaat het nog hoger. Maar dan heb je ook wat: een heel groot weids uitzicht over het dal waar Aubel in ligt. En nog veel verder. Op een gegeven moment staat er een richtingaanduiding naar een uitzichtspunt. Zo dat zijn wat me is aangereikt?
Ik ga kijken. Het is aan een zandpad. Eerst door een draaihekje, de fiets kan niet mee. Maar er is niet de beloofde picknicktafel. Wel een overblijfsel van een afweergeschut,een bankje en een oriëntatietafel. 
Dit is prachtig, maar niet de plek voor een etenspauze. Ik ga weer terug naar de weg. Een eindje verder is inderdaad de picknickbank met geweldig uitzicht. Het is hier in het voorjaar met een lekkere zon en de wind uit de goede hoek goed toeven. Ik eet mijn middag maaltijd voor een deel op.Heerlijk. Ondertussen blijk ik niet de enige mannelijke fietser te zijn op die dag. Er rijden er twee voorbij. Allebei met achtertassen en een stuurtas. Dat is in die drie dagen de enige keer.

Als mijn eten op is voor een deel, ga ik natuurlijk weer verder. Ik vervolg de weg en kom uiteindelijk bij Val Dieu. Het leuke van dit deel van de rit is, dat ik de vorige keren steeds van de andere kant deze weg reed. Toen maakte ik braaf gebruik van het voet - fiets- ruiterpad naast de weg. Dat is een onverhard hobbelig wegdeel. Nu rijd ik maar gewoon over het asfalt. Dat gaat wel zo prettig en verkeer is er verder niet. Bij de toeristische abdij aangekomen, is het er zoals meestal een groot geheel van auto's. Niet erg uitnodigend. Ik ga aan de overkant aan een beekje op een bankje zitten, een beetje in de zon en ga verder met mijn lunch. Zo straks was het de rauwkost, nu is het brood aan de beurt. Hier komen behoorlijk was wielrenners voorbij. Het is ook een prettige weg. Enkele jaren geleden is de weg opnieuw geasfalteerd en nu ligt hij er gelikt bij. Echt een weg om met plezier over te gaan. Het landschap is ook mooi: de weg is vlak en de omgeving is heuvelig met het riviertje de Berwinne er meestal naast.
Aan deze mooie fietsweg, en ik ben niet de enige fiestser, komt weer een eind. Dan verder op de N608 naar Berneau. En vandaar naar 's Gravenvoeren. Daar ga ik weer de knooppunten van de Voerstreek volgen. Eerst van 422 naar 423 en 424. Dit is een nieuw betonpad. Rechts is boerenland en links ook, maar dan kijk je tegen de heuvels aan, die dit land scheiden van Nederland. Een heerlijk fietsstukje.

Lekker in de zon. Ik stop bij een kapel met een bankje. In het kapelletje gaat de muziek aan als je binnen stapt. Je hoort monniken uit een abdij prachtig zingen. Op het bankje ernaast is het koffiepauze. Fietsende Belgen kijken mij onderzoekend aan. Wat doet die man daar? Nou, niks bijzonders of iets heel bijzonders: hij geniet intens van de stilte, de zon en de wind, heerlijk. De rest van de dag hier blijven zitten gaat niet. Dus maar weer verder. Dan zie ik een bocht verder een picknicktafel. O, daar had ik ook kunnen pauzeren. Bij 424 ben ik St. Martensvoeren. De plaatsnamen hebben hier ook een Franse naam: Fouron - St. Martin. Daar begint de klim naar Ulvend, kp 429 en 430. Bij Ulvend is het meestal druk. Hier is een terras met veel publiek. Daar hoor ik niet bij. Ook auto's versperren de weg, maar ze laten fietsers de ruimte. Dat is plezierig. Even twijfelen nu. Waar heen? Naar Noorbeek. Dat gaat langzaam naar beneden en dan weer omhoog.
De kaart, die ik gebruik, is van plastic en heeft niet de Belgische en de nieuwe knooppunten van Limburg. Dat brengt me op het idee om in Noorbeek een VVV te zoeken en te vragen om een nieuwe. Er is een van- alles - wat - winkel met een VVV- depot. De kaart blijkt niet van de VVV te zijn. Dan herinner ik me dat ik hem gekocht heb in net zo'n winkel in Mechelen. Die had van alles. Dus is het raadzaam om daar te gaan vragen. De dame van de winkel doet geen enkele moeite om me een andere kaart aan te smeren. Best aardig van haar. Ik ga weer naar buiten en ga verder. Via de kortste knooppunten ga ik naar Gulpen. Daar haal ik eten voor het diner en ga dan in Mechelen vragen om de kaart. Ze heeft er nog een, maar ze zijn in herdruk en worden aangepast hopen we. Dus zal ik later nog eens terugkomen.
De dag vordert en ik ga op zoek naar een plek om eten te koken. Vorig jaar was er tussen Vijlen en Camerig een blokhut waar je in kon zitten met tafels. Daar ga ik maar weer heen. Het is nog best een eind fietsen en ik ben moe. Dan snap ik de weg niet helemaal. Het is steeds anders dan op de kaart. Die kaart verstopt een weg door de stippellijnen van de knooppunten. Er blijkt een bocht in te zitten, die je al voortgaande niet opmerkt. Je rijdt gewoon rechtdoor en neemt ongemerkt die bocht mee. Nu weet ik hoe het zit en dus waar ik ben en heen wil.
De blokhut is er niet meer, alleen de fundering. De picknicktafel is er wel. Ik doe net alsof ik op een camping ben en kook mijn potje. Ondertussen razen er vele auto's langs. Waar gaan al die mensen toch heen? Er is vast iets heel geweldigs een eind verderop.
De zon zakt steeds verder en daarmee de temperatuur. Als het eten op is, alles weer ingepakt en dan verder afdalen naar restaurant Buitenlust. Daar is het terras lekker in de avondzon stampvol met etende gasten.
Ik zoef voorbij. Het blijft dalen tot ik in de bocht naar Epen weer omhoog moet trappen. Daar is het hotel. Na72kilometers onder me door te hebben getrapt, wacht me een lekkere douche, gevolgd door koffie met appelgebak en een gezellige babbel met andere gasten. Zo komt er ook weer een einde aan deze dag. Morgen zal het weer zijn omgeslagen in koud en nattig en ga ik naar de trein in Maastricht om ten huize te varen. De volgende dag is het wel koud en winderig, maar niet nat. Dat is het onderweg in de trein. Ik kom uiteindelijk droog thuis aan.




maandag 6 april 2015


3 april       Veluwerand.

Een knooppuntentocht van de ANWB:
Omdat ik bij kp 78 woon, ben ik daar begonnen en niet bij het officiële startpunt.

78,39,80,30,35,36,37,38,32,09,10,11,50,77,95,78

Het is Goede Vrijdag en het is een beetje zonnig. De harde wind van de afgelopen dagen is verdwenen. Een goed moment om me aan een opdracht te wijden, waar ik me voor heb aangemeld. Ik ga voor de ANWB een fietsroute rijden en controleren of het allemaal nog klopt. Bij het lezen van de informatie heb ik al enkele vraagtekens gezet. Nu eens zien of de rest wel klopt.
Omdat ik in de buurt van kp 78 woon, begin ik daar. Dat knooppunt is bij de rotonde in de Drieërweg. Ik steek de rotonde recht over en ga een onverhard pad in. Even later naar rechts. Daar links is een midgetgolfbaan en een eetgelegenheid. Rechts is de Russulalaan. Die komt weer uit op de Ericalaan. Je kunt ook gewoon de Drieërweg verder fietsen. Dan hoef je niet over het onverharde pad. Als het nat weer is geweest, is dat wel zo handig. Enkele dagen geleden ben ik ook al begonnen aan deze route. En toen was het er een enorme blubber. Door de storm kon ik toen niet verder komen dan de Vanenburger Allee. Ik waaide zo ongeveer van mijn fiets.
Nu is het heerlijk fietsweer. Ik rijd de Ericalaan verder en ga bij kp 39 het bos in. Dit is de Oude Arnhemse Karweg, een heel oude weg. Het was vroeger de verbinding tussen Harderwijk en Arnhem.
Ook nu nog kun je deze weg nemen om in Arnhem te geraken. Op de fiets op per paard of lopend. Meestal is het een fietspad of onverharde weg. Hier en daar is het een deel van een verharde weg door een dorp. Pas vanaf Harskamp is het een goede verbinding  met een fietspad.
Vandaag ga ik niet zover. In het Ermelose deel van de Karweg is het een mooi betonfietspad.
Op de grens met Putten stopt dat en wordt het een zandweg, die vandaag nog redelijk te berijden is. Wel behoorlijk hobbelig, maar na een droge periode is het ook nog een mul, zanderig geploeter. Langs boerderij Nieuw Groevenbeek kom ik een eind verder op de Laak. Als er een Nieuw Groevenbeek is, zal er ook een Oud Groevenbeek zijn. Dat ligt aan de andere kant van de weg Ermelo - Putten. Het is een landhuis, waarvan je de kamers als vakantieappartement kunt huren.
Ik ga verder langs de Laak. Hier kom ik langs meestal houten buitenhuizen. Het zijn tamelijk oude huizen en het geeft me steeds weer het gevoel in de jaren 20 van de vorige eeuw  verzeild te zijn geraakt.
De Laak leidt me langs de tennisbaan, rechts aanhouden, en dan ben ik uit het bos. Hier steek ik de Putterweg over. Ik zie er De Muur, een Chinees Restaurant waar je heerlijk kunt eten. Echt een aanrader.
Maar niet op dit moment. Ik ga naar links en bij de verkeerslichten naar rechts. Dit is de Zuiderveldweg. Een klinkerweg die lekker dendert. Even verder is Bosbad Putten. Een geliefd zwembad. Ook vandaag.
De parkeerplaats is bijna helemaal vol. Hoewel ik er vroeger wel eens ben geweest, trekt het me niet. Gelukkig maar, want mijn fiets wil verder. Met een paar bochten links en rechts kom ik op de Beekweg. Zo genoemd naar de beek die erlangs stroomt. Nu wel even opletten, want ik moet naar kp 35 en dan moet je opeens schuin rechts het bos in. Langs een boerderij. Het is een onverhard pad tussen bospercelen en weilanden door. Vroeger liep hier ook een kerkenpad. Een deel van de route is nu het fietspad. Soms is het pad smal, dan weer drassig of stevig. Uiteindelijk kom ik weer op de verharde weg bij een spoorwegovergang. Het valt me op hoe heerlijk stil het hier is. Alleen de vogels zijn te horen. Verder heerst er een sfeer van rust en stilte. Waarschijnlijk is de windrichting zo, dat de geluiden van de snelweg hier niet te horen zijn. Ik steek het spoor over en dan is de weg weer onverhard. Maar nu is er een goed verhard fietspad naast. Na een tijdje kom ik op een gewoon verharde weg, De Volenbekerweg. Hier staat meteen een bord van een B&B, het betere boerenbed van de familie Roozendaal. Je kunt er blijkbaar overnachten. Een eindje verder hangt een groot spandoek langs het hek van een weiland bij een boerderij: Boerderijpret. Dit is een speelparadijs voor kinderen, zowel binnen als buiten. Maar de toevallige voorbijganger wordt ook niet vergeten. Op het spandoek staat, dat het terras open is en de koffie klaar. Laat ik even gaan kijken. Achter op het terrein wijst een bord de weg naar het terras. Er is ook een minicamping, kamperen bij de boer.
De koffie laat ik voor wat het is. Het terras is er en er zitten ook mensen. Dus is het open. Het spandoek vertelt precies wat het is.
Weer verder. Aan het eind van de Volenbekerweg ga ik links. Hier is een fietspad en na de bocht ben ik op de al eerder genoemde Vanenburger Allee, genoemd naar De Vanenburg. Voor een goede prijs kun je er dineren en overnachten.
Het park er om heen is niet te bezoeken als je geen gast bent. Alleen als het "open tuinen dag " is kun je er rondwandelen.
Ik ga weer verder en steek een beetje onhandig schuin de weg bij kp 36 over naar de Kuiterweg. Aan het eind daarvan gaat de route naar rechts. Dan ben ik op een speciaal soort weg. Het is een fietsweg in het buitengebied, waar auto's gast zijn. Vroeger was het een drukke sluiproute om in Putten te komen. Op een slimme manier is hier een einde aan gemaakt. Met geld van de Europese Unie is de weg gemaakt zoals die nu is. Een bord en een bank vertellen erover.
De reis gaat verder en uiteindelijk kom ik bij Nulde. Eerst onder de snelweg door. Links zijn zonneweiden en strandjes. Recht voor mij is Postiljon Motel Nulde. Hier kun je slapen en natuurlijk in het restaurant iets nuttigen. De rijrichting is rechts. Even verderop is een camping die uitnodigt met een Grandcafé om daar te pauzeren. Dat doe ik niet, want ik ben geen toerist, die lang onderweg is. Ik trap met een flinke vaart de route onder mijn fietsbanden weg.
Het deel dat nu komt, is niet het mooiste. Aan de ene kant van de weg is de snelweg met het altijd door razende verkeer. Eerst is dat storend. Later went het. Aan de andere kant zijn de weiden en stranden van de randmeren. Hier is ook een Pitch en Putt baan. Even verderop lijkt er een verzameling rioolbuizen en andere zaken te zijn. Het is een Paintballbaan. Beide instellingen hebben een restaurant. Ook vind je langs de weg toiletgebouwen. Ze zijn voor de mensen die de stranden bezoeken, maar als je nodig moet, kun je er best gebruik van maken. Nog weer verder is Strand Horst. Eerst echte zandstranden, later komt de opgang naar de snelweg en de brug erover naar Ermelo.
Hier bij Strand Horst is ook het fietsveer naar Zeewolde. Je kunt hier oversteken naar de polder en dan je rondrit op een andere manier rond rijden. Ik doe dat wel eens. Het is steeds weer leuk om ook aan de andere kant van het water te fietsen en naar het oude land te kijken.
Hier bij Strand Horst is een afgesloten haven. En enkele restaurants. Er is altijd wel iets open voor een hapje en een drankje. Dan weer verder richting Harderwijk. Er zijn weinig mensen op pad. Wel zijn er op dit deel van de route surfstranden. Er staan enkele campers en men is druk bezig om op het water drijvend te blijven en vooruit te komen. Na een tijdje stopt de weg, want de surfstrandjes zijn op. Het is nu weer een fietspad. In de verte zie ik  een grote brug over de snelweg. Het is een nieuwe fietsbrug om bij kp 09 in een nieuwe wijk van Harderwijk te kunnen komen, Drielanden genaamd.
Hier zie ik rechts een nieuw aangelegd stukje natuur en tegelijk is het een speelgebied. Nu onder de brug door en dan naar links. Je komt uit bij de opgang van de brug. Dat is kp 09. Nu gaat de route langs de bebouwing en het met riet omzoomde water naar het centrum van de stad. Als je de zeekant opkijkt, begrijp je dat dit het Wolderwijd heet. Bij Horst kun je de overkant gemakkelijk zijn. Nu is het pas aan de verre horizon.
Ik kom bij de ijsbaan de stad binnen. Nee, ik rijd nog langs een soort muur, dijk, die vroeger het zeewater een beetje buiten de deur moest houden. Verderop is een hogere stadsmuur. En dan kom je opeens op de Strandboulevard met zijn vertier aan terrassen, restaurants en allerlei eetgelegenheden. In de verte zie je het Dolfinarium. Maar zover kom ik niet. Opeens zie ik het bordje 10 dat me door de stadsmuur voert een smalle straat in. Hier zijn allerlei leuke winkels. Steeds maar rechtdoor en dan later naar kp 11 en richting 50.
Zo rijd ik de stad weer uit via de Deventerweg. Eerst over de A28 en dan met een vaart de hoge fietsbrug op om over een andere weg te komen. Het is een echte helling met bochten. Vaak zie je mensen afstappen en lopend omhoog gaan. Als ik bovenaan ben, zoef ik met een rotvaart naar beneden. Wel goed uitkijken, want van links kan ook een wielrijder komen. Dan langs het Van de Valk hotel. Hier fietst een dame voor me. Ze wordt bijna omver gereden door een automobilist die van de parkeerplaats de weg op wil rijden en het fietspad als niet bestaand passeert. Wel echt lomp. De vrouw en ik maken allebei een opmerking naar de auto. Maar de chauffeur heeft er niets van gemerkt.
Een eind verder gaat de route naar kp 50. Dat betekent door een klaphek. Zo'n klaphek is bedoeld om de wilde zwijnen binnen het bosgebied te houden. Ze moeten  niet op de weg en tussen het verkeer komen. Het is dus belangrijk, dat je na het passeren het hek weer sluit. Direct is hier ook een parkeerplaats. Want in dit stukje bos is een Cooperbaan, een trimparcours met allerlei aanwijzingen om te trainen. Er wordt bijna altijd gebruik van gemaakt. Ook nu zijn er weer heel wat mensen bezig. Zo kom ik bij kp 50. Ik ben het er niet mee eens, dat de  route naar 77 gaat. Een mooi stukje sla je dan over. Ik zou van 50 naar 51 en dan naar 85 gaan Je hebt geregeld kans, dat je reeën ziet. Ook ga je hier langs de Hierdense Beek.( ik zeg altijd Staverdense Beek)
Bij 85 is  links een waterval en een brug. Het boerderijtje van de vroegere watermolen staat er nog. Maar zo gaat de route niet.
Van  kp 50 ga ik weer naar de weg, die ik na het van der Valk hotel heb verlaten. Je rijdt om het trimparcours heen. De weg oversteken is een gevaarlijke onderneming. En aan de overkant, de Koesteeg, is weer een klaphek vanwege het wild. Er zijn mensen die dat hek steeds open zetten of zelfs slopen. Niet doen dus. Hier rijd je weer verder richting Ermelo. Je steekt bij 77 de Leuvenumseweg over en komt bij 95. Dat is een nieuw knooppunt, afgelopen jaar toegevoegd. Op zaterdagmiddag hoor je hier vaak schietgeluiden in het bos. Dat zijn geen jagers, maar kleiduivenschieters, de schietvereniging oefent zich in het raak schieten van stenen schoteltjes, die ze de lucht in schieten, de kleiduiven. Voor de route rijd ik nog even weer naar kp 78. Zo is de route rond en fiets ik voldaan terug naar mijn huis.
Een leuke tocht, die je met de wind de goede kant uit in deze volgorde kunt rijden. Is de wind andersom, dus meer uit noordwestelijke richting, dan zou ik het andersom doen. Je hebt dan de wind in de rug als je langs het randmeer gaat. Veel plezier met deze tocht.